Ode aan de dood

Ode aan de dood

maandag 24 mei 2010

Kunnen gerbils eigenlijk dromen?

Een paar gerbils liggen boven ons rustig te slapen, of dat proberen ze toch. Degene die we Lincoln hebben genoemd heeft zich bovenop Dolly gelegd. Het lijkt wel of hij (want ja, we hebben ze zelfs een geslacht naar keuze gegeven) haar beschermt. Ze hebben een hele avond in de spotlight gestaan, letterlijk. Hun glazen terrarium was echt een klein woestenijtje.

Nu het 1 u ’s nachts is en de droomavond ten einde loopt, kan ik niet anders dan mezelf even kwijt te raken in mijmeringen die van onbekende oorden van mezelf komen. Ik zit aan de tafel waar nog even geleden onze kleine vriendjes stonden. Over me zit een oververmoeide Gert-Jan, die langzaamaan de oerbron van al z’n gedachten niet meer kan indijken. Het onderbewuste is groot, heel groot. We kunnen er compleet in verdwaald raken en misschien zelfs nooit meer terugkomen. Dromen zijn de foto’s die we toegestuurd krijgen van onze oude ik in dat verre vakantieoord. Lincoln-6-Bravo (zijn volledige naam) waakt over de lieve Dolly, maar ook hij zal uiteindelijk toegeven aan de roep van Morphus. Zijn kleine oogjes zullen dichtvallen en zijn waakzaamheid zal verglijden. Hij gaat van de woestenij van zijn kleine glazen terrarium naar de woestenij van zijn oneindig grote, mistige onderbewuste. Dat hebben wij ook geprobeerd. Om even verder te denken en dichter bij onszelf te komen. Het bizarre is dat ons onderbewuste meer bovenkomt wanneer we niet deftig kunnen nadenken en onze psyche gewoon niet meer echt de moeite wil doen om ons onderbewuste tegen te houden. Vermoeidheid is de simpelste weg naar die verborgen wereld.

Dus wees moe en wees jezelf.

Er is iets met ’s avonds schrijven. De woorden komen moeilijker, maar zijn puurder dan overdag. De mentale filter van het wakker zijn maakt het schrijven gekunsteld. Als je te moe bent om je impulsen te weigeren, verandert wel degelijk je schrijfstijl. Ben ik nu vervormd? Ja. Ben ik nu niet mezelf? Goede vraag. Voor dat ik daar op kan antwoorden, moeten we die eeuwenoude vraag stellen. Wie ben ik? Kort gezegd: Geen enkel idee. Simpel gezegd: Willem Magits, 18 jaar, man, student Humane Wetenschappen, zoon, broer, stiefbroer, neef, vriend. Maar is dat genoeg? Is dat een beschrijving van mijn persoonlijkheid? Als we mijn definitie van waarheid toepassen moeten we zien of fysische elementen, persoonlijke interpretatie en sociale consensus overeenkomen. Biologisch gezien ben ik een 18-jarige man en zo ziet de wereld me ook, maar verder kan ik me niet uitspreken. Ik weet niet hoe iedereen me ziet en na deze avond ben ik zelf niet meer zeker hoe ik mezelf moet zien. Kennen Lincoln en Dolly zichzelf? Weten zij duidelijk te zeggen wat Dolly Dolly maakt en wat eigen is aan Lincoln? Ons onderbewuste leidt ons en als we het willen begrijpen, raken we enkel verward door onszelf. Dus ik zal het maar laten rusten en zien hoe het me vergaat. Maar alvast bedankt aan de leerkrachten en leerlingen die de droomavond mogelijk hebben gemaakt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten