Ode aan de dood

Ode aan de dood

maandag 24 mei 2010

Extract uit Crooning Poetry

...

Jef: Wij zijn eigenlijk toch maar nietig, hé

Egbert: Hoe bedoelde?

Jef: Wij, mensen, het zelf tot beste uitgeroepen ras, niets anders dan een porie in het lichaam van het heelal.

Egbert: Daar heb je gelijk in. Wij stelden ons zelf boven elke ander diersoort, omdat we kunnen denken, leren, spelen en voelen maar, nu vraag ik u: Hoe is ons dat ten goede gekomen? De mensenwereld is gevuld met haat tegenover elkander. Oorlog, misdaad en terrorisme veroorzaken angst en maken het leven onmogelijk. Terwijl ondertussen de natuurlijke bronnen massaal worden omgezet in vervuiling. En waarvoor? Om de kers op de taart te zetten van weeral een of andere grote baas van een of ander wereldwijd bedrijf te zetten. Terwijl zijn rekening blijft groeien tot in de onmetelijkheid, leeft het merendeel van de bevolking in armoede. Nee, nee, nee! Mentaal zijn we niet gezegend. Lichamelijk evenmin. De mens is trots op zijn grote herseninhoud, maar of we het allemaal gebruiken is een andere zaak. Voor de rest is de mens inferieur aan de dieren. Een hond heeft een betere reuk en gehoor, een arend zijn zicht is honderd keer zo goed als dat van een mens. (Jef slaat op de grond) Zelfs die kakkerlak, die je juist brutaal hebt platgeslagen is op ook op een zekere manier superieur aan ons. De kakkerlak is als enige diersoort op aarde bestand tegen radioactiviteit. Dus wanneer alles en iedereen is gestorven door de nucleaire oorlog, massa verbruik en -vervuiling, zullen alle broertjes, zusjes neven en nichten, tantes en nonkels, vriendjes en vriendinnetjes van ons geplette vriendje genieten van een nieuwe wereld. Nee, nee, nee! De mens is zeker niet superieur. Allesbehalve zelfs. Ik zal het zo zeggen:Dat ultieme geluk waar de mens sinds de evacuatie van Adam en Eva van de Hof van Eden zoekt, vinden we niet in kennis, geld of god, maar in datgene dat de intellectuele arrogantie van pseudo-geleerd veracht, de dierlijkheid. Moest de mens zich alleen maar richten tot zijn basisbehoeften, dan was de wereld een veel mooiere en rustigere wereld. De mens ontdekt pas de zin van het leven, wanneer het denken hem is vergaan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten